11571332 - two businessmen sitting at a table and quarreling

Daar komen we altijd uit!

Samenwerken is prachtig, want “alleen ga je sneller, maar samen kom je verder”, toch? En zo is het natuurlijk ook. Toch moet ik nu even streng zijn tegen al die ondernemers die gaan samenwerken en “vergeten” om van tevoren goede afspraken op te schrijven, want “dat komt later wel” en “we kunnen zo goed met elkaar, daar komen we altijd uit!”. Mooi hè? Dat, bijna naïeve, enthousiasme van ondernemers die gaan samenwerken.

De meest voorkomende vorm hiervoor is de vennootschap onder firma (VOF). Ik richt mij daarom daar even op, maar wat hierna komt is van toepassing op de meeste samenwerkingsvormen. De praktijk is namelijk weerbarstig en ik vind dat je naar elkaar en naar iedereen waar je mee werkt (denk aan klanten en toekomstig personeel) verplicht bent om goede afspraken te maken en deze vast te leggen. En let wel: dat doe je voordat je begint. Meestal lukt het mij om de ondernemers met de volgende vragen of praktijkvoorbeelden bij de les te krijgen.

Want wat als uw compagnon plotseling overlijdt? Helaas komt dat voor, ook als dat redelijkerwijs niet te verwachten valt. U staat er dan alleen voor in de onderneming, wat op zich al lastig genoeg is. Toch zet u de schouders er dan onder, want u gaat er waarschijnlijk vanuit dat u de onderneming alleen voortzet. Maar als u dat niet met elkaar geregeld heeft dan is dat zeker geen automatisme. U krijgt namelijk te maken met de erfgenamen van uw overleden medevennoot, want die erven zijn of haar deel van uw gezamenlijke onderneming. U moet het dan dus met de erfgenamen eens worden. Mag u het deel van de overledene eigenlijk wel overnemen en tegen welke prijs en voorwaarden dan? Of zijn de erfgenamen zelf gerechtigd om in te stappen of misschien wel om het aandeel van de overledene aan een ander te verkopen? Allemaal doemscenario’s die eenvoudig, vooraf te regelen zijn.

Of wat als één van de vennoten arbeidsongeschikt raakt? Niet even een griepje, maar een arbeidsongeval, een enge ziekte of langdurig in coma? U wilt er niet aan denken, maar u moet er wel even met elkaar over nadenken. Hoelang heeft een zieke vennoot nog recht op een deel van de winst? Wie doet zijn of haar werk en wie gaat daarvoor betalen? Vinden we eigenlijk dat hiervoor een verzekering moet worden afgesloten en waar komt de uitkering dan terecht? Wat als de bewuste ondernemer niet meer beter wordt? Blijft hij dan toch mede-ondernemer in de vennootschap?  Ook situaties waarvan je van tevoren kunt en moet vastleggen hoe je die gaat oplossen, want “daar komen we altijd uit” is een beetje lastig bij een vennoot die in coma ligt, toch?

Stel nu dat u niet wordt getroffen door het noodlot, zoals in één van de hiervoor beschreven situaties, maar dat u het eenvoudig niet meer met elkaar eens bent. U wilt of kunt eenvoudig niet meer met elkaar verder. Wie mag dan eigenlijk de onderneming voorzetten? Diegene die het eerste aangeeft dat het “zo niet verder kan” of diegene die de aanleiding is? Mag je eigenlijk zomaar stoppen, of moet je dat op tijd melden en wat is dan op tijd? Tegen welke voorwaarden mag iemand vertrekken en hoe wordt dan de prijs bepaald én hoe moet deze prijs worden betaald? Of misschien stopt de onderneming helemaal. Wie lost dan de schulden af? De praktijk is dat “daar komen we altijd uit” ook niet zo goed werkt, als vennoten het niet meer met elkaar eens zijn.

Heb ik u inmiddels ook bij de les? Dat is dan mooi want dan bent u er nu hopelijk van overtuigd dat het toch wel handig is om een overeenkomst op te stellen als je gaat samenwerken met andere ondernemers. Hiervoor zijn heel handige modelovereenkomsten beschikbaar die te gebruiken zijn als voorbeeld en naar eigen wensen kunnen worden aangepast. Er bestaat namelijk geen moeten bij deze overeenkomsten. Je legt vast, wat je wilt.

Natuurlijk leg je ook vast hoe de winst wordt verdeeld, hoe om te gaan met een verschil in tijdsbesteding en wat er vooruitlopend op de winstverdeling mag worden onttrokken. Neem van mij aan dat de meeste conflicten ontstaan door onenigheid over dit onderdeel. Zorg er daarom voor dat je altijd weet hoe de onderlinge financiële verhouding is en wacht hiermee niet tot de jaarrekening is opgemaakt. Als je toch elke maand (of desnoods elk kwartaal) de resultaten doorneemt, zorg dan ook dat je inzicht hebt in de kapitaalrekeningen.

Tot slot dan: elk contract vraagt periodiek onderhoud. Dus elk jaar even het contract uit de kast om te checken of het nog up-to-date is en of er wordt uitgevoerd wat er is afgesproken. Doe jezelf en anderen een plezier en neem je samenwerking serieus.